Hongaars avontuur voor Liesette Braams

Ze had zich alleen ingeschreven voor de Zandvoortse ronde van Lotus Ladies Cup, maar Liesette Braams racet heel 2013 in deze bijzondere Hongaarse raceklasse. Bovendien vertolkt de goedlachse blondine de hoofdrol in een race documentaire. “Word ik er ook nog even ‘soapie’ bij”, klinkt het met gezonde zelfspot.

Een week na haar inschrijving kreeg de rijdster uit Krimpen aan de Lek een telefoontje van de Hongaarse organisator of ze alle races mee wilde racen in deze ‘ladies only’ raceserie met Lotus Elises. “En of ik het zag zitten dat tegelijkertijd een documentaire van mijn race-avonturen zou worden gemaakt. Ik dacht: waar ben ik nu dan in beland?”

Camerateam
Na enig wikken en wegen besluit Liesette de stoute schoenen aan te trekken. “Komende week is de perspresentatie van de cup. Zodra ik in Boedapest uit het vliegtuig stap staat er een camerateam op me te wachten.” Organisator Zoltán Bujdosó ziet in de Nederlandse rijdster het ideale boegbeeld voor zijn cup. “Ik vroeg hem waarom hij geen Hongaarse rijdster heeft gekozen. Die meiden zijn niet zo bekend met de Engelse taal.”

De Lotus Ladies Cup bestaat uit zes ronden waarbij twee keer zowel de Hungaroring als de Slovakia Ring wordt bezocht, daarnaast wordt geracet op de Hongaarse Pannonia Ring, en ook op Zandvoort tijdens het DTM-weekeinde. “Er komen per race 15 auto’s aan de start. Ja, met alleen maar vrouwen achter het stuur. Voorin wordt behoorlijk doorgereden heb ik me laten vertellen.”

Met Sheila
Liesette Braams heeft Sheila Verschuur gevraagd om haar te vergezellen in de Lotus Ladies Cup. Vanaf 26 april zullen er twee overwegend rood-wit-blauwe Lotussen op de startgrid staan onder de vlag van het kersverse Las Moras Ladies Racing Team. Dit betekent tegelijkertijd dat zowel Braams als Verschuur niet verder gaan met de Racing Diva’s.

“Ik heb een fantastische tijd gehad met de meiden. We hebben dit jaar gewonnen in Dubai en dat was een absoluut hoogtepunt. Een succes dat niet meer te overtreffen is”, verklaart de rijdster de belangrijkste reden tot dit besluit. Van stilzitten is geen sprake, want naast het Hongaarse avontuur rijdt Liesette in het Burando Production Open met een BMW 123D. “We zullen eens kijken wie sneller is: Luc (Liesette’s man, red.) of ik. Hij rijdt met Pasen een gastrace.”

Ossuarium van Sedlec


Het Ossuarium van Sedlec (Tsjechisch: Kostnice Sedlec) is een kleine rooms-katholieke kapel onder de Allerheiligenkerk (Hřbitovní kostel Všech Svatých) op de begraafplaats in Sedlec, een buitenwijk van de Tsjechische stad Kutná Hora. Het ossuarium bevat de skeletten van 40.000 tot 70.000 personen die de ornamenten van de kapel vormen.

Volgens de overlevering stuurde Ottokar II van Bohemen (1232-1278) de abt van het cisterciënzer klooster in Sedlec naar Jeruzalem. Op de terugweg nam de abt een handvol aarde van de Calvarieberg mee en strooide deze uit over het kerkhof, dat daarom tot heilige grond werd verklaard. Deze begraafplaats werd al snel een begeerde laatste rustplaats in heel Midden-Europa, niet alleen de lokale en regionale bevolking liet zijn doden er graag begraven, maar ook uit Beieren, Polen en zelfs de Nederlanden kwamen mensen om hier te worden bijgezet.

Na de pestepidemie in het midden van de 14e eeuw, waardoor de begraafplaats alleen al ongeveer 30.000 doden te verwerken kreeg en de Hussieten-oorlogen in de 15e eeuw moest het kerkhof voortdurend worden uitgebreid, in totaal met ongeveer 3,5 hectare, waarbij vele doden in massagraven werden bijgezet.

In de vroege 15e eeuw werd midden op het kerkhof een gotische kerk gebouwd, waarvoor veel graven werden geëxhumeerd. De botten werden, eerst tijdelijk, in de kelder van de nieuwe kerk bewaard. Tevens moest het kerkhof worden verkleind, zodat de exhumering verder ging. Volgens de overlevering werd dit werk uitgevoerd door een half-blinde cisterciënzer monnik, die alle botten systematisch arrangeerde.

Tussen 1703 en 1710 verbouwde Johan Blasius Santini-Aichl het portaal van de kerk en een deel van de bovenverdieping in de Boheemse laat-barokstijl, die nog steeds kenmerkend is voor het kerkje. In de 19e eeuw werd het kerkje door de vorstenfamilie Schwarzenberg gekocht, die de beeldhouwer František Rint uit Česká Skalice opdracht gaf de inrichting van het ossuarium ter hand te nemen. Deze kunstenaar is verantwoordelijk voor het huidige uiterlijk van de kapel, waarbij niet hout, maar de beenderen van overledenen als grondstof werden gebruikt.

text: wikipedia

%d bloggers liken dit: